Tmaboer

De Celtic Tenors naar Nederland


Hoogeveen-(18-0302024),,Het voelt geweldig om weer naar Nederland te komen voor een reeks optredens. Het is net brandstof, geestelijke benzine: live spelen. We worden er helemaal door opgeladen.’’ Aan het woord is Matthew Gilsenan van de Ierse groep Celtic Tenors. Binnenkort komt hij samen met James Nelson en Daryl Simpson voor een serie concerten overzee.

Het lijkt alweer een eeuw geleden, maar door de coronapandemie hebben de Tenors noodgedwongen twee jaar lang de muziek op een laag pitje gezet en ander werk gedaan om toch de eindjes aan elkaar te knopen. Zo pakte Matthew zijn oude beroep van ingenieur gedeeltelijk weer op. “Ik heb veel van die periode geleerd,’’ zegt hij achteraf. ,,Ik weet nu heel zeker dat ik in de wieg ben gelegd om te zingen en op te treden. Dat is mijn roeping, om het, maar eens mooi te zeggen. Het is ook een soort verslaving. Ik geef toe dat mijn leven een stuk gemakkelijker was als ingenieur. Vaste werktijden en ik zag mijn gezin elke dag. Maar toch knaagde er iets aan mij. Een gevoel dat mijn leven niet vervuld was. En zo voelden Daryl en James dat ook. We hebben het er vaak over gehad. Zij deden ook andere dingen, van studiowerk tot lesgeven, maar dat was ook niet het echte werk voor hen”.

“En zo dacht ik ook weer terug aan de tijd dat ik op de universiteit zat en studeerde voor ingenieur. Ik had toen al zangles en op een avond ging ik naar een concert van Placido Domingo in Dublin. Toen ik hem bezig hoorde, dacht ik: mijn god, wat is dit prachtig. Als ik ooit zoiets zou kunnen en mogen doen, dan kan ik sterven als een gelukkig man. En ik heb dat geluk gevonden.’’

“Mijn leven heeft de juiste draai genomen sinds ik me bij de Tenors aansloot,’’ vervolgt Gilsenan nadenkend.  “We hadden ons in eerste instantie laten beïnvloeden door de drie grote tenoren Pavarotti, Domingo en Carreras, maar we wilden dat vertalen naar iets typisch Iers. En zo kwamen we vanzelf op het concept van Ierse volksliedjes in een klassiek jasje.’’

Alle drie de tenoren hebben ondanks hun klassieke scholing altijd een grote affiniteit gehad met de volksmuziek van hun land. Gilsenan:  “We zijn opgegroeid met die liedjes. Onze grootouders en ouders hebben ons dat repertoire als een culturele erfenis meegegeven en ik denk dat in Ierland geen enkele klassieke zanger neerkijkt op zulke nummers. Want uiteindelijk zijn ze er allemaal mee opgegroeid.’’

Toen de Amerikaanse ex-president Bill Clinton ooit een bezoek bracht aan Ierland, werden de drie tenoren uitgenodigd om hem tijdens een diner in Dublin Castle toe te zingen.  “Toen we bij zijn tafel Danny Boy inzetten, kreeg Clinton tranen in zijn ogen,’’ vertelt Gilsenan. ,,Na afloop nam Clinton ons apart en moesten we Danny Boy nog eens voor hem zingen, zo mooi vond hij het. We zijn ook al eens door Bono van U2 gebeld om ter gelegenheid van de verjaardag van zijn vrouw onverwacht bij hem thuis op te komen draven om als verrassing Danny Boy voor haar te zingen. Ja, dat zijn mooie wapenfeiten uit onze carrière. Maar natuurlijk zijn we door de jaren heen muzikaal gegroeid en ons repertoire is veel breder geworden dan volksliedjes in een klassiek jasje steken. Het heeft veel meer verdieping gekregen.’’

Verslag: Harry de Jong…